Dierenarts is een ontzettend mooi en dankbaar beroep. Vooral als je van dieren houdt, maar eigenlijk is dat een vereiste van het beroep. Het helpen van dieren is dan natuurlijk heel erg fijn. Maar je kunt niet zomaar dierenarts worden. Je moet dan eerst naar school (bijvoorbeeld universiteit) waar je uiteraard heel veel leer over het genezen van dieren.
Om dierenarts te kunnen worden moet je eerst minimaal een vwo-diploma op zak hebben, op de middelbare school, met het profiel natuur en gezondheid. In Nederland is er maar één plek waar je voor dierenarts kunt studeren, dat is aan de Universiteit van Utrecht. Je kunt op de website verder kijken voor de toelatingseisen. Het gaat om de studie diergeneeskunde.
Studie diergeneeskunde
Deze opleiding is gericht op alles wat maar te maken heeft met de gezondheid van een dier. Liefde en aandacht voor de dieren staan hier uiteraard voorop. Een onderdeel van de opleiding – waar veel mensen niet bekend mee zijn – is het onderzoeken van dierziekten die schadelijk kunnen zijn voor de mens. Denk bijvoorbeeld aan hondsdolheid. Maar diergeneeskunde richt zich niet alleen op het beter maken en genezen van dieren maar ook de hulp die (vee)houders onder meer nodig hebben met het verhogen van hun productie en het diervriendelijke aspect daarbij. Wanneer je de opleiding hebt voltooid, dan kun je op zoek gaan naar een baan als dierenarts. Er zijn diverse websites waarop je kunt zoeken naar een vacature dierenarts.
Eigen praktijk?
En mocht je een eigen praktijk willen beginnen, houd er dan rekening mee dat daar heel wat bij komt kijken. Niet alleen moet je online aanwezig zijn met een goede website die je kunt laten ontwerpen door een webdesign bureau, je moet fiscaal en administratief ook veel op orde hebben. Daarnaast moet je een een pand hebben waar je je praktijk in wilt starten en een en ander kost veel geld om te investeren.
Androclus als symbool
Het logo en symbool van de studie Dierengeneeskunde in Utrecht is Androclus, op het logo te zien met een gewonde leeuw. Aan dit symbool zit een behoorlijke geschiedenis vast. De slaaf Androclus ontvluchtte vroeger zijn meester, een Romeins consul in Noord-Afrika. Het gebrek vaan voedsel zorgde ervoor dat hij verzwakte en daarna zocht hij beschutting middenin de woestijn en daar trof hij een leeuw aan.
Hoewel Androclus vreesde voor zijn leven zag hij dat de leeuw hinkte. De leeuw had zich gewond teruggetrokken in een grot. Hij had een splinter in zijn poot. Androclus krijgt het voor mekaar om de splinter te verwijderen en wint daarmee het vertrouwen bij de leeuw. Vervolgens blijft de leeuw bij Androclus en zo zorg hij er ook voor dat er vlees is om te eten. Daardoor blijft Androclus onvindbaar voor zijn meester. Na drie jaar vertrekt Androclus toch uit de grot en wordt prompt door zijn meester gevangengenomen. Zijn straf is dat hij naar Rome wordt gestuurd om daar ter volksvermaak in de arena voor de wilde dieren te worden geworpen. Onder de dieren in de arena is echter ook de leeuw die Androclus heeft geholpen. De leeuw herkent hem en beschermt hem vervolgens tegen de andere dieren. De door zoveel aanhankelijkheid geroerde keizer laat hierna de leeuw en Androclus vrij.